LeefstijlZorg

van veranderen naar volhouden

De leefstijlmodule voor zorgprofessionals

Zorgprofessionals

Deze module is ontworpen voor zorgprofessionals die steeds vaker te maken krijgen met leefstijl, omdat voorkomen beter is dan genezen. Dat vereist veel nieuwe kennis, aangezien preventie fundamenteel anders is dan curatie. Veel klachten zijn nog subklinisch en vereisen andere interventies. Bovendien is leefstijl meestal niet de eerste hulpvraag van de patiënt.  Het vereist dus naast aanvullende biomedische kennis, ook nieuwe vaardigheden om deze groep te benaderen en te behouden. In deze module leer je een complete aanpak van start tot exit.

Leven lang leefstijl

Leefstijlinterventies maken pas recent deel uit van de interventiemix, maar er is al decennia onderzoek naar gedaan vanuit een biomedisch perspectief.  Op korte termijn is er altijd resultaat, maar na 12 maanden kan men rekenen op een uitval van tenminste 50 procent. Leefstijl heeft weliswaar een biomedische oorsprong, maar de leefstijlinterventies zelf moeten worden ingericht vanuit een motivatieperspectief. Het gaat namelijk om veranderen én volhouden.

Accreditatie fysiotherapie en diëtetiek aangevraagd

Autonomie-ondersteuning

Veelal wordt verondersteld dat de relatie tussen behandelaar en de patiënt het overgrote deel van het succes verklaart, de zogenaamde ‘therapeutic alliance’. Wetenschappelijk onderzoek toont echter aan dat dit niet het geval is. Autonomie-ondersteuning verklaart namelijk het overgrote deel van het succes. Autonomie van de patiënt betekent dat deze keuzes maakt die in lijn liggen met zijn of haar behoeften en waarden. Het vereist een andere aanpak, dat leidt tot een duurzamer resultaat.

Waardigheid

Het hart van deze module wordt gevormd door waardigheid, het idee dat elk mens waarde heeft. Als deze waardigheid is aangetast, heeft dat een enorme invloed op het type motivatie. Het kan namelijk leiden tot floreren of tot zelfsabotage. Armoede, een negatief lichaamsbeeld, maar ook stigmatisering kunnen de waardigheid aantasten, waardoor het moeilijker wordt om de juiste motivatie te vinden voor de juiste doelen. Wat waardigheid precies is en hoe je het in de praktijk beïnvloedt, maakt onderdeel uit van deze module.

Realistische doelen stellen

Het stellen van doelen is niet zo eenvoudig als het lijkt, omdat patiënten vaak niet bekend zijn met de mogelijkheden, sociaal wenselijke antwoorden kunnen geven en soms ook niet weten wat realistisch is. Naast het duidelijk krijgen van de wensen, is ook het managen van de verwachtingen van belang,  die vaak nog onbekend zijn voor de zorgverlener. Het zal daarom behandeld worden zodat men realistischere doelen met de cliënt kan stellen.

Verandervaardigheden

Leefstijl lijkt aanvankelijk te gaan over gezondheidsvaardigheden, maar veel patiënten weten allang wat wel of niet gezond is. Ze weten in grote lijnen wel wat ze moeten doen, maar niet hoe; dat blijkt als je de tijd neemt om te vragen wat ze al geprobeerd hebben. Je komt er dan achter dat ze niet weten hoe ze het kunnen volhouden. Ze hebben meestal geen gezondheidsvaardigheden nodig, maar verandervaardigheden.

Wat is leefstijl?

Volgens het RIVM omvat leefstijl het geheel aan gedrag dat invloed heeft op de gezondheid. Dit betreft niet alleen beweging, roken, alcohol, voeding en slaap, maar ook recreatief drugsgebruik en onveilige seks. De primaire indicatie tegenwoordig is echter overgewicht (BMI 25-29) met comorbiditeit of obesitas (BMI > 29) met of zonder symptomen. Het resultaat wordt meestal uitgedrukt in verloren kilogrammen en verbeterde kwaliteit van leven (gemeten aan de hand van een vragenlijst). Er valt echter veel meer te differentiëren en dit kan bijdragen aan beter volhouden en uiteindelijk een beter resultaat.

Hoe wordt het toegepast?

Leefstijlzorg kan bestaan uit een eenmalig advies, als toevoeging op een lopende behandeling of als een compleet langdurig gecombineerd leefstijltraject (GLI) van twee jaar. De inhoud van Leefstijlzorg is modulair ingericht en kan daardoor in verschillende situaties worden ingezet. De verschillende componenten bevatten vaak een coach, advies en een trainingsonderdeel, maar verschillen in tijd en intensiteit. Sommige kunnen in tien minuten worden voltooid, terwijl andere maanden in beslag kunnen nemen. Deze flexibiliteit betekent dat er een mix te vinden is die bij jou past.

Een complete aanpak

Leefstijlzorg vereist een alomvattende aanpak, die zich uitstrekt van de intake en evaluatie tot aan het beëindigen van het traject. Het omvat ook educatie, gedragsverandering, bijsturing, personalisatie en het volhouden van veranderingen. Je kunt er delen uit halen of als compleet traject inzetten. Al deze aspecten worden behandeld in de module Leefstijlzorg. 

1. Intake

De intake is de ideale start van een traject. Welke vragen stel je nu eigenlijk en belangrijker nog, hoe analyseer je de antwoorden, zodat vast kunt stellen wat het doel, de bereidheid en de benodigde vaardigheden zijn? Deze analyse zit verwerkt in het intakesysteem zoals je het zult leren. 

2. Het gesprek

Hoe weet je of de antwoorden van de cliënt nu daadwerkelijk kloppen? Hoe weet de cliënt dat ze kloppen? Effectieve gespreksvoering vereist dat je daarvoor vaardigheden ontwikkelt zonder te vervallen in vage uitspraken als ‘je moet doorvragen’. Ook kunnen vragen de autonomie steunen of juist frustreren. Hier leren we je concreet wát je moet doen en hóe je dat doet. Tijdens die gespreksvoering zie je vaak dat de veranderingsbereidheid toeneemt. Je leert wanneer het tijd is voor coachen en wanneer het tijd is voor advies of zelfs training. 

3. Testen en meten

In de zorg is men gewend om te kijken naar objectieve indicatoren, zoals bloedglucose, cholesterol of BMI. Dit zijn zogenoemde biomarkers die onheil voorspellen. Op basis daarvan kan men actie ondernemen. Men wil immers niet wachten tot iemand ziek wordt voordat hij of zij hulp krijgt.

Deze biomarkers vertellen je niet waarom iemand niet voor zichzelf wil of kan zorgen. Dat is echter waar het bij leefstijl om draait. Kun je voorspellen of iemand voor zichzelf wil zorgen en blijft zorgen? En als iemand niet voor zichzelf wil zorgen, moeten we dan differentiëren? Moeten we iets anders doen? Wat we nodig hebben zijn het equivalent van biomarkers, en we noemen ze psychomarkers.

Psychomarkers zijn subjectief, maar ze voorspellen welbevinden, zowel psychisch als biologisch. Onderzoek na onderzoek toont aan dat psychomarkers het welbevinden nauwkeuriger voorspellen dan bijvoorbeeld de economische status. Dit is belangrijk, omdat veel patiënten een lage economische status hebben. Het betekent dat men via leefstijlzorg een andere ingang heeft om betere resultaten te behalen.

In de module Leefstijlzorg leren we je wat psychomarkers zijn en hoe je deze kunt meten. Ook leren we je wat je met de resultaten kunt doen.

4. Veranderen en bijsturen

De intake is zo ingericht dat men het veranderdoel, de veranderingsbereidheid en de verandervaardigheden in kaart kan brengen. Als deze drie niet duidelijk zijn, is het lastig om een ontwikkelplan te schrijven. Als het plan er eenmaal is, zul je altijd zien dat het zelden loopt zoals je voorzien had, maar ook dat is onderdeel van het plan. Het kunnen bijsturen is dan belangrijk, terwijl je tegelijkertijd het optimisme bij de patient levend houdt en de waardigheid intact blijft. 

5. Volhouden

In het begin is de motivatie volop aanwezig. We noemen dit de verliefdheidsfase, waarin alles leuk is en niets moeilijk lijkt. Na verloop van tijd vervaagt deze vurigheid en dan is het belangrijk dat er iets stevig staat. Tijdens het verandertraject zijn we hier al mee bezig. We onderzoeken wat bij deze cliënt past en hoe we kunnen omgaan met een eventuele crisis. Een crisis is een overkoepelende term voor alle legitieme redenen waarom iemand het traject wil stoppen. We behandelen alle geheimen van het volhouden en bereiden ons ook voor op een crisis, waarbij we concrete handvatten bieden.

DETAILS LEEFSTIJLZORG

Voor wie?

De module ‘Leefstijlzorg’ is ontwikkeld voor zorgprofessionals zoals fysiotherapeuten, oefentherapeuten, diëtisten, toegepaste psychologen, artsen en zelfs gediplomeerde leefstijlcoaches die op zoek zijn naar concrete handvatten en verdiepende kennis.

De gehele aanpak is modulair van opbouw, waardoor de verschillende disciplines datgene eruit kunnen halen dat het beste past. Het maakt het ook gemakkelijker om door te verwijzen omdat de onderdelen naadloos op elkaar aansluiten. Bij het ontwikkelen is er sterk gekeken naar het beroepsprofiel van de verschillende disciplines om te voorkomen dat er teveel overlap zit. 

Het vak in de praktijk

In deze module maken we onderscheid tussen counseling, coaching, adviseren en trainen. Deze verschillende benaderingen worden allemaal toegepast, en het verschil tussen deze begeleidingsvormen wordt beschreven in ons artikel ‘Wat is een goede coach?‘. Welke benadering je toepast, hangt af van de situatie, en dit zal worden behandeld in deze module.

In het vakgebied van leefstijl wordt er veel aandacht besteed aan het ‘wat’ en het ‘waarom’, maar zelden aan het ‘hoe’. Het ‘wat’ omvat bijvoorbeeld meer bewegen, beter slapen en gezonder eten. Als het gaat om het ‘waarom’, kan men gedetailleerd een fysiologisch of neurobiologisch mechanisme beschrijven, van hormonen tot mitochondriën. Het ‘hoe’, oftewel hoe je dit levenslang volhoudt, komt daarentegen vaak tekort. Daar zul je met deze module ook de meeste toegevoegde waarde leveren.

In de zorg kan men een eenmalig advies geven, als onderdeel van een consult. Soms zijn er indicaties om dat uit te breiden met een half uur of driemaal 10 minuten. Via deze ‘check-ins’ kan dan nog veel bereikt worden met minimale interventie coachingsadviezen (MICA’s).

Deze MICA’s kunnen ook ingezet worden als aanvulling op een lopende behandeling van iemand met rugpijn, maar die ook wat mag afslanken. Voor een diëtist kunnen ze ingezet worden als aanvulling op een verandering van voedingspatroon, waarbij er gewerkt wordt met een slaapplan.

Bij de bestaande GLI’s blijken zorgprofessionals toch vaak het idee te hebben dat ze meer structuur en meer inhoud kunnen bieden. Dat kan gemakkelijk met de inhoud uit de Leefstijlzorgmodule. Het gaat dan om educatie, werkvormen en huiswerkopdrachten.

Met de modulaire aanpak kun je dus de kennis en vaardigheden flexibel inzetten.

Inhoud

Het fundament van de module wordt gevormd door het Chivo kompas, een venndiagram dat bestaat uit vier cirkels die de vier psychomarkers vertegenwoordigen. Deze hebben invloed op de waardigheid van mensen.

Het chivo vitaliteitskompas voor leefstijl

 

In de rechthoekige boxen worden verschillende aandachtsgebieden gepresenteerd, zoals compassie, leefstijl, relaties en samenwerken. Hoewel de focus van deze module voornamelijk op leefstijl zal liggen, zullen de andere boxen ook aandacht krijgen ter ondersteuning van leefstijl. Een uitgebreidere behandeling van de andere boxen wordt aangeboden in de opleiding tot Vitaliteitskundige.

Enkele van de onderwerpen die in de module worden behandeld, zijn:

  1. Functionele gespreksvoering: een alternatief of aanvulling op motiverende gespreksvoering, gebaseerd op wetenschappelijke theorieën en gericht op het aanpakken van problemen die zich voordoen in motiverende gespreksvoering.
  2. Minimale interventies voor coachen en adviseren (MICA’s): deze interventies kunnen worden toegepast in korte gesprekken van 10 minuten.
  3. Vaardigheden voor het vergroten van eigen effectiviteit, zoals impulscontrole, gewoontevorming, volharding en handelen in crisissituaties.
  4. Het opbouwen van een structuur om nieuwe gewoontes te vormen.
  5. Kant-en-klare leefstijl miniprogramma’s (MIP’s) van vier weken op het gebied van bewegen, slaap, alcohol, enzovoort.
  6. Neurofysiologische basis van leefstijlinterventies.
  7. Differentiëren op basis van symptomen.
  8. Het nastreven van leefstijldoelen bij depressie (in combinatie met obesitas).
  9. Hoe om te gaan met (vermeende) voedselverslaving.
  10. Negatief lichaamsbeeld.
  11. Het ontwerpen van een persoonlijk leefstijlplan.
  12. Intake, evaluatie en afsluiting.

Deze onderwerpen zullen worden behandeld tijdens de module om zorgprofessionals te voorzien van praktische kennis en vaardigheden op het gebied van leefstijl.

Enkele literatuurreferenties:

 

Structuur en planning

Structuur:

  1. Klasgrootte: Elke klas heeft maximaal 12 deelnemers.
  2. Contactdagen: Er zijn in totaal 5 contactdagen, waarbij elke dag een nettoduur heeft van 3 uur.
  3. Toetsing: De module wordt afgesloten met zowel een theoretische online toets als klassikale toetsingsopdrachten.
  4. Tussen contactdagen: Tussen de contactdagen door worden diverse opdrachten gegeven, waaronder leeswerk, het bekijken van video’s en oefenoefeningen.
  5. Herhaling: Elke lesdag begint met een uur herhaling van de vorige lesdag om de inhoud vers in het geheugen te houden.
  6. Samenvatting: Op de laatste lesdag van een module wordt in principe geen nieuwe stof geïntroduceerd, maar wordt de gehele module samengevat.
  7. Inhaalmogelijkheden: Het is niet mogelijk om een gemiste dag in te halen vanwege de beperkte ruimte in de kleine groepen en verschillende lesdagen per docent. Het herhalingsuur en de samenvatting op de laatste dag zorgen ervoor dat de gemiste inhoud relatief beperkt is.

Planning:

  1. Huiswerk: Ter voorbereiding van elke lesdag ontvang je huiswerk, bestaande uit leeswerk en oefenopdrachten.
  2. Videomateriaal: Online is er videomateriaal beschikbaar met oefeningen of documentaires die beoordeeld moeten worden.
  3. Huiswerktijd: Houd rekening met 5-7 uur huiswerk per week, naast de contactdag.
  4. Presentieplicht: Er geldt een presentieplicht van 80%.
  5. Voorbereiding: Ongeveer een week voor aanvang van de module ontvang je digitaal leesmateriaal en instructies.

Flexibiliteit:

De module Leefstijl voor de Zorg wordt altijd klassikaal gegeven, maar je hebt de mogelijkheid om de module op afstand te volgen via Zoom of op locatie (indien toegestaan). Als je een keer niet aanwezig kunt zijn, kun je ervoor kiezen om die les op afstand te volgen. Het bekijken van achteraf opgenomen lessen is niet mogelijk, omdat klassikale interactie een belangrijk onderdeel vormt van de waarde van de les.

Veelvoorkomende vragen
  • Accreditatie:
    Op dit moment zijn er accreditatie aanvragen ingediend voor de fysiotherapie en voor de diëtisten. Andere beroepsgroepen worden overgewogen, maar er zijn nog geen concrete stappen gezet. 
  • Verschil met Vitaliteitskundige:
    Een vitaliteitskundige heeft geen primaire focus op gezondheid, terwijl een zorgprofessional juist gericht is op gezondheid. Ze delen echter wel een basis van vitaliteit, omdat het gaat om het hebben van energie om persoonlijke doelen na te streven. Een vitaliteitskundige heeft echter meer verdieping in de aard van de mens en beschikt over een breed scala aan interventies met betrekking tot waardigheid, waardig leven, waardig werken en een waardige maatschappij.
  • Verschil tussen Leefstijlzorg en de module Healthcoach:
    Beide modules hebben dezelfde kern, maar bedienen verschillende doelgroepen. De module Healthcoach is bedoeld voor (aspirant) professionals die van leefstijl hun beroep willen maken, meestal in de bedrijfssector. Leefstijlzorg benadrukt en verdiept specifieke onderdelen als aanvulling op een bestaand beroep, waardoor het effectiever is in een zorgomgeving.
  • Waarom maakt stage geen onderdeel uit van de opleiding?
    In het verleden maakte stage wel deel uit van de opleiding, maar het bleek dat veel stagebegeleiders onze studenten onvoldoende konden ondersteunen. Daarom wordt de stof nu in de klas geoefend aan de hand van casuïstiek.
  • Toegang tot de BLCN na het volgen van de module:
    De module is niet geaccrediteerd bij de BLCN (Beroepsvereniging Leefstijlcoaches Nederland), maar kan wel worden erkend door een beroepsspecifieke brancheorganisatie. In de meeste gevallen is het mogelijk om de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI) uit te voeren op basis van de (para)medische status, zelfs zonder accreditatie bij de BLCN.

Over Chivo

Chivo analyseert de wetenschappelijke literatuur en vertaalt dit naar de concrete handvatten. Deze vertaling wordt getoetst in de praktijk en doorlopend verbeterd. De successen en het falen helpen om continu ‘best-practices’ te ontwikkelen. Het is die aanpak die we je leren in onze module Leefstijl in de Zorg, zodat je een vliegende start kunt maken. 

Testimonials

Mijn HBO voeding en diëtetiek kan niet tippen aan de bruikbare en actuele kennis die ik tijdens mijn opleiding bij Chivo heb geleerd“, Aron Visser 

“Een unieke opleiding voor de kritische professional die echt waarde wil toevoegen. “, Karel Pieterse

Dit opleidingsinstituut ligt mijlenver vooruit als het gaat hoe je de meest recente wetenschappelijke kennis praktisch leert toepassen bij je cliënten.“, Baltasar Tieskens

Wil je een complete aanpak leren om verantwoord en effectief cliënten te helpen met veranderen en volhouden?